Hoofdstuk 3: Als de poezenmand kraamkamer wordt
De krolsheid
Seksueel volwassen is het vrouwtje op een leeftijd van 6-8 maanden, waarbij ze twee fokseizoenen hebben, één in het voorjaar en één in het najaar.
Gedurende zo’n periode worden ze om de 3-4 weken krols en zijn dan dus vruchtbaar, dit is ook afhankelijk van het ras, de voeding en de dagelijkse hoeveelheid licht.
De Siamees bijvoorbeeld wordt om de 3 weken krols, wij noemen dit poly-oestrisch (ofwel: meer dan één bronst gedurende het fokseizoen).
Wilde katten in een gematigd klimaat hebben één fokseizoen.
De poezen in ons land hebben er soms twee of drie, maar ook wel een bijna permanente krolsheid periode vanaf eind januari tot ± oktober.
Als ‘paringbereidheid‘ test kun je de losse nekhuid pakken en de poes over haar lendenen strijken. Hierbij zal de poes haar achterstel laten zakken en haar achterpoten spreiden. Het bekken wordt opgericht en ze neemt een kruipende houding aan.
Spontaan zal de poes de kater observeren en ook dan een kruipende houding aannemen, vlak voor zijn neus, waarbij ze regelmatige bewegingen maakt en een laag geluid laat horen.
In feite kunnen we tijdens de bronst verschillende fasen waarnemen. In het begin is ze lief en vriendelijk. Wanneer je haar aait of krabbelt gaat ze op haar buik liggen met het bekken naar beneden gedrukt. Wanneer je haar laat dekken is het vooral van belang het begin van de bronst te onderscheiden. De dekking moet nl. tijdens de derde tot zesde dag van de bronst plaatsvinden.
Katers zijn seksueel volwassen op een leeftijd van ± 10 maanden, met een variatie van 6-18 maanden. Het meest vruchtbaar zijn ze de eerste 3 jaar.
Het af te raden ze te laten dekken voor de leeftijd van 9-10 maanden. Veel fokkers laten de eerste krolsheid voorbij gaan.
Laat je een poes voor die tijd dekken dan zal ze achterblijven in de groei, omdat de voedingsstoffen om tot de juiste ontwikkeling te komen ten goede komen aan de kittens in plaats van aan haarzelf.
Voordat de dekking doe je er verstandig aan haar te laten onderzoeken door de dierenarts. Ze moet nl. goed gezond zijn en vrij van wormen, vlooien en andere parasieten.
Eveneens kun je de dierenarts dan een voedingsadvies vragen.
Tijdens de zwangerschap en de zoogperiode hebben ze een andere voedingsbehoefte dan normaal.
Het is verstandig de poes te laten dekken door een kater die je zelf uitgekozen hebt en haar dan minstens een week binnen te houden. Doe je dit niet, dan zal ze vaak proberen naar buiten te glippen en zou ze zich door meerdere katers kunnen laten dekken. De kans is dan groot dat ze een nest krijgt waar meerdere vaders aanspraak op kunnen maken. Zo is het ook te verklaren, dat er nesten zijn waarin zowel zwarte als rode katjes zitten. Maar dit kan natuurlijk ook een erfelijke kwestie zijn.
Wanneer je besloten hebt een nest te nemen en het juiste tijdstip is aangebroken, dan is het meest verstandige wat je kunt doen dat je met de poes naar de kater gaat. De poes zal enigszins geïntimideerd zijn en de paring verloopt gemakkelijker.
De paring
Het voorspel
Sommige katers laten een scherp introducerend geluid horen, terwijl ze zich nog op een behoorlijke afstand van de poes bevinden.
Katers ‘in het wild’ zullen onderling flink wat bakkeleien, hetgeen overigens een goede invloed schijnt te hebben op de kwaliteit van het sperma!
Het bijten en opjagen dat aan het geheel vooraf gaat, doet in onze ogen wat vreemd aan. In deze periode is het verstandig je kat regelmatig te onderzoeken of hij in de hitte van de strijd geen wonden heeft opgelopen.
Zonodig moet je een dierenarts raadplegen.
De eigenlijke paring
Wanneer een ervaren poes zover is dat ze zich wil laten dekken, zal ze een kruipende houding aannemen. De kater grijpt daarop haar nekhuid met zijn tanden en mond vast, de lendenen van de poes worden door de kater gekneed met zijn voorpoten en hij begint regelmatige bewegingen te maken met zijn achterpoten.
Hierop volgt een serie snelle bewegingen met het bekken – dit duur 1-3 minuten – dan vindt de uiteindelijke paring plaats. De poes laat nu een luid en hoog geschreeuw horen, de bekkenbewegingen van de kater stoppen, maar hij blijft in de gebogen houding zodat de zaadlozing op de juiste wijze plaats kan vinden. Daarna laat hij de poes onverwacht los en wordt afgeworpen.
Na de paring zien we een stereotiep gedragspatroon van de poes: ze rolt zich regelmatig op haar zij en wrijft met mond, neus en zijkanten van de kop hard over de vloer. Telkens zal ze even pauzeren om voorpoten, lichaam en vooral haar geslachtsdelen te likken.
Gedurende deze periode zal de poes de kater beslist weigeren, wanneer hij (of een andere kater) weer een poging wil ondernemen.
Na een korte periode wordt dit echter anders, de kater(s) krijgt/krijgen nu weer volop de gelegenheid.
Het is dus erg gunstig wanneer de paring plaats vindt in een voor de kater bekende omgeving. Het meest ideaal is het wanneer beide partners gedurende een dag of drie aan elkaar in deze omgeving kunnen wennen. Het is zelfs zo dat sommige poezen alleen dan krols worden wanneer ze met een kater samenleven.
In enkele gevallen kan het nodig zijn de poes vast te houden tijdens de paring, zodat de kater de kans krijgt haar te bespringen. Je moet dit beslist niet doen wanneer je er niet zeker van bent of de poes inderdaad vruchtbaar is of wanneer ze nog niet seksueel volwassen is.
De meeste fokkers geloven dat één paring voldoende is met een ervaren kater. Anderen laten een tweede paring plaats vinden. De meeste eigenaren laten dit wel toe, maar dit soort afspraken zijn niet voorgeschreven en je hoeft ze niet toe te staan.
De ‘antikrolsheidspuit’
In tegenstelling tot de hond die tijdens de loopsheid niet ingespoten mag worden met de ‘antiloopsheidspuit’ kan dit wel bij de krolse poes, zonder gevaar op een baarmoederontsteking. Dit omdat de poes een ander type baarmoeder heeft die ook anders is opgebouwd dan die van de hond……….
De poes kan daarna weer normaal een nest ter wereld brengen, mocht je dit willen.
De pil
Veel gemakkelijker is het echter de poes de pil te geven. Tegenwoordig is een veilige pil de Minipil, die iedere week gegeven wordt.
Dat is niet alleen gemakkelijk te onthouden maar natuurlijk ook veilig.
Een sterilisatie of castratie kan overigens al vanaf 9 maanden, waarbij eileiders en een deel of de hele baarmoeder wordt weggenomen en bij de kater beide testikels.
De geboorte
De draagtijd is gemiddeld 62-66 dagen met een variatie van 56-69 dagen.
Na een week of drie zie je de poes al wat dikker worden en de dierenarts zal de kleintjes op een leeftijd van 3 weken meestal kunnen voelen.
Ook kan de zwangerschap worden vastgesteld met een ultrageluid- of scanapparaat.
Tijdens de zwangerschap en de zoogperiode heeft de poes ander voedsel nodig, vergeleken met een volwassen kat. Eventueel kun je haar extra melk geven en een speciaal kalkpreparaat.
Het is aan te raden een zwangere poes te ontwormen, omdat de kittens anders via de moedermelk geïnfecteerd kunnen worden.
Wormmiddel en schema www.dierenartsonline.nl
De laatste week van de zwangerschap moet er alvast een plekje in huis gezocht worden waar de bevalling kan plaatsvinden.
Poezen werpen het liefst op een donker rustig plaatsje. Een zolder is bijvoorbeeld ideaal of een ruime kast.
Wanneer je in een hoekje wat oude dekens, een mand of een doos neerzet, zullen ze zich best op hun gemak voelen.
Heb je geen zolder in huis, dan bestaat de kans dat je het nest op een goede dag in de per ongeluk open gelaten linnenkast vindt.
Het komt zelfs voor dat poes een plekje bovenop een hoge kast zal prefereren wanneer ze het ergens anders niet rustig genoeg vindt. In ieder geval doe je er verstandig aan de slaapkamerdeur goed gesloten te houden; een warm bed vinden ze het einde!
Meestal geeft de poes je geen kans bij de geboorte aanwezig te zijn. Ze werpt het liefst in alle rust en dan vooral ‘s nachts.
Geboorte en moederlijk gedrag
Gedurende de geboorte – die normaal 1-3 uur duurt – vertoont de poes een vastomlijnd gedragspatroon.
Als gevolg van de bewegingen van de kittens in de geboorteweg en door spiersamentrekkingen van buik en baarmoeder, zal ze regelmatig haar liggende houding veranderen en likt ze haar vulva en de omgeving ervan. Ook likt ze de kittens zodra die uit de vulva te voorschijn komen.
Je mag de moeder normaal gesproken niet helpen door de kittens schoon te maken of de navelstrengetjes door te knippen – het komt soms zelfs voor dat de poes haar kittens opeet na menselijke hulp bij de geboorte – maar het is wel verstandig de vliezen te breken ter hoogte van het kopje wanneer de bevalling niet echt wil vlotten en een kitten halverwege ‘blijft steken’.
Het likken van de kittens heeft een tweeledige functie:
1.de geboortevliezen worden van de kittens verwijderd, zodat ze er schoon en fris bij liggen
2.het stimuleert hun ademhaling.
Wanneer de nageboorte verschijnt, wordt deze door de moeder opgegeten, waarbij ze de navelstreng doorbijt. Dit gebeurt op een plek waarbij geen risico bestaat van nabloedingen door een op de juiste plek aanwezig spiertje in de navelstreng.
Na de geboorte likt de moeder de anus en de geslachtsopeningen van de kittens, om urine en ontlasting te stimuleren en te verwijderen. De kittens kunnen dit nog niet zelf, dit lukt pas wanneer ze enkele weken oud zijn.
Wanneer het langer dan twee uur duurt voordat er weer een kitten geboren wordt, moet je zo snel mogelijk de dierenarts waarschuwen. Mocht immers een keizersnede noodzakelijk zijn, dan is iedere gewonnen minuut belangrijk in verband met de kansen voor moeder en kittens.
De eerste dagen na de geboorte zal de moeder haar nest niet of nauwelijks verlaten. Zet daarom bij het ‘kraambed’ wat eten en drinken neer. Ook de kattenbak kun je in haar buurt zetten.
Natuurlijk mag je zoveel je wilt naar het nest kijken, maar het is verstandig de kittens niet aan te raken en ze rustig te laten slapen en drinken.
Na een dag of vier zal de moeder weer wat van haar nest komen om gezellig bij je in de kamer te komen zitten. Dit is niet omdat ze er genoeg van heeft: ze wil gewoon even in een andere omgeving zijn. Je hoeft haar dan ook niet terug te brengen naar het nest. Ze gaat wel weer wanneer ze dat nodig vindt.
Nazorg voor de moederpoes
Eet de jonge moeder nog niet na 24 uur of heeft ze veel stinkende uitvloeiing uit haar vulva, dan moet je de dierenarts waarschuwen. Dit kan een gevolg zijn van het achterblijven van de nageboorte in de baarmoeder of zelfs van een dood ongeboren kitten, maar het kan ook wijzen op een baarmoederontsteking en er moet nu zo snel mogelijk de hulp van de dierenarts worden ingeroepen.
Melkziekte
Dit zien we na de geboorte of tijdens de zwangerschap en het ontstaat door een gebrek aan kalk in combinatie met vitamine D in de voeding.
Dit zijn de symptomen:
ze is rusteloos, eet niet, weigert de kittens te zogen en soms heeft ze convulsies (spierkrampen).
In enkele uren kan het fatale gevolgen hebben. Wanneer je tijdig de dierenarts erbij haalt, is dit probleem echter snel op te lossen.
De zoogperiode
De zoogperiode duurt 6-8 weken.
Wanneer de kittens om een of andere reden gestorven zijn of van de moeder weggehaald zal ze vaak pijnlijk gezwollen tepels hebben omdat haar melkklieren vol melk zitten. Heb je niet de mogelijkheid om andere pasgeboren kittens bij haar onder te brengen moet je haar 24 uur opsluiten in een donkere ruimte, zonder voedsel of water. Om de paar uur kun je controleren of ze niet ziek is en hulp nodig heeft.
Dat ze wat opgewonden of rusteloos is kun je als normaal beschouwen.
Hierna moet je haar weinig voer geven gedurende enkele dagen, waarmee de problemen verholpen zullen zijn. Slechts in enkele gevallen zal een injectie van de dierenarts uitkomst moeten bieden.
Je mag haar beslist niet uitmelken, omdat je hiermee de melkgift juist weer stimuleert.
Veel mensen beseffen niet dat hun poes 10 dagen na de geboorte krols is en dus gedekt kan worden.
In zo’n situatie zouden de kittens het nest nog niet verlaten hebben, terwijl de moeder alweer bevalt. Dit kun je haar natuurlijk niet aandoen. Eén nest per jaar is ruim voldoende. Dus direct na de geboorte alweer beginnen met de pil!
Kittens zonder moeder
Hiervoor kun je bij de dierenspeciaalzaak ‘n vervangende moedermelk
– Kitty-Melk – krijgen. Bij dit product wordt een zuigflesje met speen meegeleverd. De gebruiksaanwijzing staat vermeld op de verpakking.
Zeker wanneer je de kittens niet bij een andere moederpoes kunt onderbrengen is dit een ideale oplossing.
Ook met een oogdruppelaar of een speelgoed babyflesje kun je deze vervangingsmelk aan de kittens toedienen tot ze een week of 4 oud zijn. Daarna kunnen ze zelf vloeibaar voedsel opnemen.
Op een leeftijd van ongeveer 6 weken kun je dan op normaal kattenvoer overgaan, eventueel met Kynocal Speciaal Kalk* als toevoeging.
Als ruwe methode om na te gaan hoeveel ze per dag nodig hebben, kun je onderstaand schema aanhouden:
Relatie leeftijd/voedsel per dag
3 dagen 20% van het lichaamsgewicht
7 dagen 25% van het lichaamsgewicht
14 dagen 30% van het lichaamsgewicht
21 dagen 35% van het lichaamsgewicht
Deze hoeveelheid moet je verdelen over 6 maaltijden per 24 uur en vaker wanneer de kittens zwak zijn.
Na 4 weken kun je overgaan op viermaal per 24 uur en van 8 weken tot een leeftijd van ongeveer 6 maanden is driemaal per dag voldoende.
Wanneer je de kittens voert moeten ze goed wakker zijn. Na de voeding kunnen ze een gezonde boer laten, zoals bij baby’s gebruikelijk is.
Als je dan het buikje van het kitten masseert, stimuleer je hiermee de urinelozing.
Ook moet je minstens eenmaal per dag de anusopening masseren met een oorwatje met iets babyolie eraan: zo komt de ontlasting goed af, pasgeboren kittens zijn nl. niet in staat dit zelf te regelen en normaal zorgt de moederpoes hiervoor.
Verder moeten ook de oogjes schoon worden gehouden met wat lauw gekookt water.
Hebben ze een erg droge huid of zijn ze besmeurd met urine, dan kun je ze inwrijven met wat babyolie.
Gedurende de eerste week moeten de kittens goed warm worden gehouden door een kruik onder in hun mandje te leggen. Deze kun je gemakkelijk afschermen met een dekentje.
Jonge kittens moet je voorzichtig behandelen. Laat ze vooral veel slapen gedurende de eerste weken, behalve tijdens het voeden, dan moeten ze klaarwakker zijn.
Zorg voor de kittens
Zolang de moederkat voor de kittens zorgt heb je er geen omkijken naar. Zij voedt ze op en leert ze de elementaire kattenbegrippen.
Toch is in enkele gevallen de hulp van de eigenaar gewenst.
Zieke kittens
Zieke kittens drinken niet meer bij de moeder, liggen er stilletjes bij en gaan snel bergafwaarts als er niet vlug wat aan gedaan wordt.
Te weinig melkgift door de moeder is de meest voorkomende oorzaak van het sterven van de kittens.
Je doet er dan ook verstandig aan altijd te controleren of de moeder wel melk geeft. Wanneer je de tepels en melkklieren zachtjes kneedt is dit al snel vast te stellen.
Hongerige kittens laten dat aanvankelijk luidkeels horen. Hun buikje worden steeds dunner en ze zijn niet meer vol en rond zoals ze dat horen te zijn. Natuurlijk verliezen ze ook al snel gewicht, terwijl ze juist moeten groeien.
Een andere oorzaak is de gevreesde katten- en niesziekte. Dit mag echter geen probleem zijn, omdat de moeder hiertegen ingeënt hoort te zijn. De kittens zijn dan immuun gedurende ongeveer de eerste 6-10 weken, doordat ze antistoffen via de moedermelk in de eerste dagen na de geboorte binnen hebben gekregen. Op het moment dat de doorlaatbaarheid van het maagdarmstelsel dit nog toestond. Daarom is het zo enorm belangrijk dat ze de eerste 48 uur moedermelk en geen vervangende producten krijgen!
Luchtwegaandoeningen en zware worminfecties, een te koude omgevingstemperatuur en aangeboren afwijkingen kunnen allemaal fatale gevolgen hebben voor de kittens.
Toch zal een snelle behandeling en goede zorg veel leed kunnen voorkomen. Vooral wanneer de moeder gezond is en haar kittens goed verzorgd en wanneer ze de juiste voeding krijgt en geeft zal het geheel voorspoedig verlopen. Hierbij is een schone, warme omgeving van groot belang.
Spenen
Hiermee kun je al beginnen op een leeftijd van 3 weken. Geef je de kittens vleeshoudende babyvoeding, fijngehakte rauwe lever of blikvoeding, dan zullen ze dit al snel met plezier opnemen.
Je moet met kleine porties beginnen als aanvulling op de moedermelk of vervangende Kitty-Melk*. Begin met één maaltijd per dag en voer dit geleidelijk op tot 2 maaltijden per dag. Dan 3 en uiteindelijk 4 maaltijden per dag, het geheel verspreid over een periode van 3-4 weken. Tegelijkertijd moet je ervoor zorgen dat de consistentie steeds steviger wordt van deze voeding.
Je moet dus beginnen met zeer vloeibaar voedsel wat met een lepeltje wordt ingegeven. Lukt dit niet dan kun je eerst wat op hun lippen smeren, zodat ze de smaak te pakken krijgen. Hierbij moet je ten allen tijde voorkomen dat het voedsel in de neus verdwijnt. Ze zouden kunnen stikken.
Tot in de derde week zijn ze afhankelijk van hun eigen gevoels-, temperatuur- en reukwaarnemingen, terwijl ogen en oren al eerder in staat zijn te functioneren.
Door gebruik te maken van deze zintuigen leren ze snel hoe ze de moeder kunnen vinden, ze zoeken een tepel uit en zuigen voldaan hun buikjes vol. Hierbij nemen ze bepaalde zuigposities in, waarna er verder weinig moeilijkheden ontstaan over deze eenmaal ingenomen voorkeursplaatsen.
Kittens kunnen behoorlijk van streek raken, wanneer ze gedurende de eerste zeven dagen van hun moeder en overige nestgenoten worden gescheiden. Je hoort ze dan luidkeels jammeren, een reactie die in het normale geval een aanwijzing voor de moeder is om zich weer bij haar kroost te voegen.
Vanaf 4 weken mogen ze melk drinken. Krijgen ze hier wat diarree van, stop dan gedurende enkele dagen en meng de melk daarna met wat water, bijv. half om half. Als ze nu weer diarreeklachten hebben raadpleeg dan de dierenarts.
Wanneer je kittens op deze wijze speent doe je de moederkat hiermee veel plezier. Zij kan zo weer snel op krachten komen en is vlug weer de oude.
Het verlaten van de moeder
Op een leeftijd van 6-8 weken kunnen gezonde kittens alleen de wereld in, zonder de zorg van de moeder.
Op een leeftijd van 6 en 12 weken moeten ze gevaccineerd worden tegen de kattenziekte, niesziekte en de chlamydea. Ook moeten ze goed ontwormd worden, het liefst nog voor de eerste vaccinaties, die daardoor een beter effect hebben en zo meer afweer opbouwen.
Wanneer je ze door de dierenarts laat onderzoeken of ze geheel gezond zijn en een goede betrouwbare eigenaar voor ze hebt gevonden heb je alles gedaan om het komende kattenleven van het kitten zo goed mogelijk te laten beginnen.
De nieuwe eigenaar zal hier evenals poes zelf veel plezier van ondervinden.
De sociale ontwikkeling van de kittens
Vanaf hun geboorte reageren de kittens op contacten met de moeder door in haar buurt te blijven en haar in de gaten te houden. Ze reageren ook op elkaar in het nest. Zelfs nog na de derde week is de moeder het centrale punt van de activiteiten van de kittens.
Ze blijven voortdurend met haar in contact, zowel via het gehoor als visueel, zodat ze haar kunnen opzoeken en volgen.
Nu zijn ze ook niet meer zo aan het nest gebonden en verlaten dit rustig samen met de moeder.
Het voornaamste gedragspatroon van de jonggeborenen is dat ze om het uur drinken bij de moeder. Aanvankelijk is het de moeder die haar kroost benadert, maar na de derde week zijn het de kittens die haar opzoeken.
Tegen de vijfde week zal een kitten er zelf voor zorgen voldoende voedsel te krijgen, door de moeder overal te blijven volgen en zo te ontdekken waar ze haar lekkere hapjes vandaan moet halen.
Dus ondanks dat altijd verondersteld wordt dat de moeder haar kroost ‘leert’ hoe ze aan eten moeten komen, dragen ze daar zelf hun steentje toe bij.
Aangezien de moeder zelf eten meeneemt naar het nest en de kittens haar in deze periode overal naartoe volgen, komen ze vanzelf allerlei voedsel tegen en beginnen het dan ook te eten.
Spelen en slapen
Een ander belangrijk sociaal gedragspatroon is het spel van de kittens.
Dat begint rond de vierde, vijfde week. Het bestaat uit slaan met een pootje naar elkaar, bijten naar wat ze maar tegen komen en rollen door en over elkaar. Zelden zullen ze elkaar hierbij verwonden.
Kittens die alléén opgevoed worden zonder de andere nestgenoten, spelen met allerlei voorwerpen en met hun eigen staart, maar meestal zijn ze bang voor andere kittens en spelen niet met ze.
Slaap is een sociale gedraging die eveneens met de leeftijd verandert. Aanvankelijk slapen de kittens als een kluwen in en op elkaar. Wanneer ze in deze periode het contact met hun broertjes en zusjes verliezen, worden ze automatisch wakker en gaan weer bij elkaar liggen.
Na de vijfde week slapen ze niet langer bij elkaar, maar apart of in paren.
Gedurende een bepaalde tijd na het spenen blijven de kittens zich zeer speels gedragen, zoals ze dat tijdens de zoogperiode deden. Dit verandert echter tijdens de puberteit, dus wanneer hun sekse zich ontwikkelt.
Bij gecastreerde of gesteriliseerde dieren zien we dit speelse grappig genoeg dan ook vaak weer terugkeren.
De castratie
Het is verstandig katers op een leeftijd van 8-9 maanden te laten castreren.
Ze zijn dan voldoende uitgegroeid en laten na de castratie geen hinderlijke seksueel gedrag meer zien.
Voor een dergelijke operatie kan hij plaatselijk verdoofd worden en mag direct na de ingreep mee naar huis of ze worden onder volledige narcose ‘geholpen’.
Vaak wordt gezegd dat een gecastreerde kater sloom en dik wordt.
Dat is beslist niet nodig; sommige blijven actief andere worden inderdaad wat rustiger – maar dat heeft natuurlijk ook met hun leeftijd te maken – het zijn geen kittens meer!
Wanneer je een ervaren kater laat castreren zal zijn seksuele gedrag binnen 1-2 weken verdwijnen, maar er zijn gevallen bekend waarbij het maanden of zelfs jaren kan duren.
De katers die (te) jong worden gecastreerd – bijvoorbeeld op een leeftijd van 4 maanden – hebben natuurlijk geen paringsgedragingen, wel zijn er moeilijkheden te verwachten. Uit onderzoek is gebleken, dat bij jong gecastreerde katers een onvoldoende scheiding kan bestaan tussen de voorhuid van de penis (het praeputium) en de penis zelf. Hierdoor is het mogelijk dat er verklevingen ontstaan tussen penis en praeputium, met de kans op holtevorming. In deze holtes kan zich urine en sediment verzamelen, waardoor de kans groot wordt op een urineweginfectie. Het is daarom dan ook beslist niet aan te raden katers te laten castreren voordat ze 9 maanden oud zijn.
Advies?
Wilt u een advies of informatie? Klik dan hier .